De journalistiek staat onder druk. Dit proefschrift betoogt dat deze situatie een actieve interpretatie van autonomie vraagt en dat journalisten deze autonomie kunnen versterken door reflectie. De hoofdvraag van dit onderzoek luidt daarom: Hoe kunnen formele en informele reflectiepraktijken in het journalistieke productieproces de professionele autonomie van journalisten versterken? Om deze hoe-vraag te beantwoorden doet dit onderzoek participatief actieonderzoek.
In de literatuur wordt journalistiek regelmatig als een a-reflectief beroep geschetst (Shoemaker & Reese, 2014). Dit onderzoek nuanceert dat beeld: er zijn veel verschillende vormen van reflectie over de breedte van het journalistieke veld: van individueel tot collectief en van informeel tot formeel. Veel in reflectie opgedane inzichten worden echter niet vertaald naar het werkproces. Ook is er het probleem van de organisatieparadox: elke vorm van reflectie vraagt enige vormgeving, maar te veel organisatie in strijd is met de eigen autonomie.
Een analyse van de 14 interviews leidt tot drie ontwikkelprincipes van de open leercultuur: psychologische veiligheid, faciliterend leiderschap en een experimenterende benadering. Documentenanalyse, interviews, focusgroepen en een interventieonderzoek leiden tot het ontwikkelwiel van de open leercultuur: praat met elkaar over de betekenis van reflectie en autonomie, train reflectievaardigheden, vind elkaar rondom commitment voor het vak, werk aan psychologische veiligheid, erken machtsverschillen, en ontwikkel op een experimenterende manier.
Mede gezien de prevalentie van ongewenst en grensoverschrijdend gedrag zoals dat afgelopen jaren in meerdere crisis bij redacties tot uiting is gekomen, ligt hier een belangrijk thema voor de journalistieke praktijk.